Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En dat het Gode beliefde, dat Hij mij verbrijzelde, Zijn [19]hand losliet, en een [20]einde met mij maakte! 19. Welke nu schijnt gebonden te wezen, dewijl hij dezelve niet gebruikt om mij te doden. Van de hand Gods vergelijk dat onder is, hfdst.13 vs.21. 20. Zo wordt het Hebreeuwse woord genomen, Jes.10:12; Klaagl.2:17; Zach.4:9. Of, mij afsnede, of afhieuwe.